06-03-2012 @ 21:40
Nederlandse band gaat voor definitieve doorbraak met ‘Take it to the Streets’
In 2011 gold Ape Not Mice als een verrassende nieuwkomer in het Nederlandse poplandschap. In 2012 wil de band definitief doorbreken. Een eerste stap daarvoor is de release van de single ‘Take it to the Streets’. De single gaat vergezeld van een videoclip. Deze is sinds 1 maart te zien op YouTube. De single is een voorproefje op het tweede album van Ape Not Mice, dat dit najaar wordt verwacht.
Het debuutalbum van Ape Not Mice, ‘Every Stain Tells a Story’, werd inn2011 goed ontvangen. Na een succesvolle release-party in de Effenaar en het winnen van de 3FM Serious Talent Contest volgden optredens op onder meer de Zwarte Cross en North Sea Jazz, en airtime op 3FM, Radio 2, MTV Brand New en TMF. De single ‘Like Yeah’ werd meer dan 30.000 keer bekeken op YouTube.
Ook vanuit het buitenland is er belangstelling voor Ape Not Mice. Zo werd het album gespot in cd-winkels in Japan, en gedraaid op de nationale radio in Brazilië. Vooralsnog richt Ape Not Mice zich echter volledig op een doorbraak in Nederland.
Over Ape Not Mice
In 2008 ontdekte drummer Mark Vrolings zangeres Diede Claesen op YouTube, en samen met drie andere Nederlandse muzikanten richtten ze Ape Not Mice op. Een vrolijke band, die popjazz met een knipoog maakt: feel-good liedjes met humoristische teksten, vaak over de knullige kant van de dagelijkse dingen. Sinds 2009 timmert Ape Not Mice hard aan de weg, met optredens op verschillende festivals, radio-optredens en support-acts voor Caro Emerald en Valerius. Sinds 2010 verzorgt Earforce Records het management van Ape Not Mice.
Reacties op debuutalbum ‘Every Stain Tells a Story’
“Kleurrijk palet” – De Telegraaf
"Zo puur als onversneden coke en zo transparant als de geest van Buddah.” – Hendrik Jan Lovink (organisator Zwarte Cross)
"…bomvol opgewekte, jazzy popsongs. […] De grote doorbraak kan dus niet ver weg zijn.” – Viva
“Heerlijk jazzy! Every Stain Tells a Story is een super debuut. Van deze band gaan we zeker nog veel horen.” – Flair